Friday, March 28, 2008

Nachtelijke inactiviteit

Het schijnt een nachtdier te zijn, de kat. Ik dacht altijd dat dat een excuus was voor het heftige slapen gedurende de dag. Ze lijken er werkelijk geen enkele moeite mee te hebben de hele dag soezend door te brengen, af en toe opstaand, flink rekkend, om te kijken of er alweer iets nieuws in het voerbakje zit. Maar slapen, dat vormt toch de hoofdmoot.

Wat gebeurde er nou eigenlijk ´s nachts? Dan moest er toch wel een enorme uitputtende activiteit plaatsvinden zou je zeggen.

Maar dat is niet zo. Na enig onderzoek bleek dat er ook ´s nachts weinig gebeurt in een kattenleven. Althans, in de steekproef die zich in mijn directe omgeving bevindt. Ook in de nacht bestaat de activiteit voornamelijk uit slapen, als je dat tenminste een activiteit kan noemen. Met zo nu en dan een lome gang naar het voerbakje en eventueel wat flink graven in de bak voor poep en pies, en dan weer heel tevreden gaan liggen op een zachte ondergrond en liefst ook in de buurt van een warmtebron.
Misschien is dat een heerlijk leven.
Maar toch ook wel een beetje saai.

Friday, March 21, 2008

Spijtoptant

Je hebt er niets aan, aan spijt, vooral niet achteraf.
Misschien dat spijt daarom ook langzamerhand een soort nieuw taboe lijkt te worden. Een taboe was altijd iets waar we ons voor schaamden, maar we schamen ons bijna nergens meer voor en daarom is het opgeschoven.
De dingen waar we spijt van hebben zijn ondertussen de nieuwe taboes.
Of misschien is spijt hebben gewoon het laatste waar we ons nog voor schamen.

Toch heb ik er spijt van. Dat ik het niet gewoon beaamde toen de acteur me vriendelijk lachend aanzag voor heel iemand anders. Ik had ´m ooit een keer, al een tijdje geleden, vluchtig de hand geschud en naar een toneel begeleid, of een interview, in ieder geval was ik de onbelangrijke tussenpersoon die er moest zijn en verder niets.
En nu zat ie heel ergens anders en kwam ik hem weer tegen en zwaaide ik even.
`Dag Alice,´ zei ie hartelijk. En toen zei ik, stom, dat ik Alice helemaal niet was (Alice is een bekend toneelregisseuze) en moest ik ´m dus gaan uitleggen dat ik ´m toen en toen had ontmoet om die en die reden, en het was allemaal even oninteressant en ik voelde me steeds kleiner en kleiner worden. Waarom was ik in godsnaam naar ´m toe gegaan om hem te begroeten als ik Alice niet was?
We wisten ons met mij geen raad. Voor alle partijen was het het allergemakkelijkst geweest als ik gewoon even, laten we zeggen hooguit vijf minuten, Alice was geweest.
Als je het verkeerde kiest, is de spijt soms heel terecht.
Niets om je voor te schamen.

Friday, March 14, 2008

Ontroerend goed

Ontroering slaat op de gekste momenten toe.
Een fiets in de gang kan het bij wijze van spreken al opwekken. Of een kat die helemaal opgekruld ligt, zijn kop gedraaid, z'n nek onbeschermd en je vreest voor het mes dat 'm in één zwaai om kan brengen.
Een oude dame in vol ornaat, hoed op, make-up stevig aangebracht, achter een rollator.

Een man met slordig haar en een rommelige jas met één ui in zijn hand stond wel een kwartier te wachten tot ie aan de beurt was om zijn groente af te rekenen.
Eén ui en hij wachtte heel geduldig.
Het was een prachtig exemplaar.

Friday, March 07, 2008

Een keurige dood

Dat het een aflopende zaak was -- het klinkt wat cru, maar het was wel zo. Want zo heet het toch als iemand ziek is en niet meer beter zal worden.
Het bed stond al beneden in de kamer want de trap was onneembaar geworden. Ze lag er de hele dag in en toch was ze nog steeds doodmoe.
Haar man kwam binnen met de koffie. Hij zette het op de tafel, met het melkkannetje. Ze richtte zich op, een geestachtige verschijning, met haar laatste krachten leek het.
`Klaas, even een onderzettertje onder het kannetje.´
Toen zeeg ze uitgeput weer neer in de kussens.

Anders krijg je zo'n lelijke kring op tafel.