Het werd ingewikkeld toen de Arabische man in de wasserette zijn was in de droogtrommel stopte, en er af en toe iets uithaalde om op te vouwen. Hij bleef daar maar staan, ik werd steeds nerveuzer, want naast zijn droogtrommel draaide de mijne -- vol met handdoeken en vooral onderbroeken. Gewone lapjes stof, dat wel, maar toch weer niet helemaal. Normaal vouwde ik ze altijd op, ik legde ze allemaal op elkaar in een grote stapel en propte ze dan met de rest van de was in een grote tas. Maar dat durfde ik nu niet.
Natuurlijk is er niets gênants of beschamends aan een onderbroek. Het hangt wel van de context af natuurlijk, maar een onderbroek is in feite een gewoon lapje stof. Dat wel eens een kont bedekt, misschien is dat het pikante eraan. Schoenen, daar heb je dat niet mee. Schoenen zijn nooit gênant, daar zitten altijd gewoon voeten in -- en voeten zijn geen kont. Dus schoenen, daar hoef je niet omzichtig mee te doen. Voor onderbroeken geldt dat niet.
Het zou ongetwijfeld een geëmancipeerde man zijn, anders zou ie zijn was daar niet staan te doen, maar toch. Om nou open en bloot een hele stapel onderbroeken op te gaan zitten vouwen waar hij bij stond.
Ondertussen was de was uitgedraaid en droog. Ik pakte de vuilniszak en propte in een keer al mijn was erin, het zicht versperrend door me strategisch op te stellen tussen hem en mijn droogtrommel. Wat een gek soort preuts eigenlijk.