Friday, September 26, 2008

Begin

De ochtend brak aan, er begon een nieuwe dag.
Maar de start wilde niet op gang komen. De dingen bleven zonder naam, er was geen beginnen aan en omdat er geen begin was, was het ook onmogelijk om er een eind aan te maken.
Want zonder begin geen eind.
Dan maar koken. En alles opeten. Heel makkelijk om te beginnen, en het eind brak heel vanzelf aan toen het bord leeg was.
Niet elk begin is moeilijk.

Friday, September 19, 2008

Filmnaam

We waren al halverwege de film maar ik kon me niet concentreren. Drie rijen voor ons zat iemand die ik kende, alleen, ik kon niet meer op haar naam komen. Ik kende haar niet goed, maar wel goed genoeg om haar naam te weten. Ook zag ik haar vriend voor me, zijn naam wist ik wel. Gerard. Helaas zat niet hij voor ons, maar zij, wier naam me dus maar niet te binnen wilde schieten.
De film was Frans, dat had ik wel al opgepikt. Verder had ik het niet echt gevolgd. Alleen maar vanwege die naam.
Het was iets met een e, jelly, jenny.
Plotseling, bij de aftiteling, schoot ie me te binnen. Eva! Dat was het.
Iedereen stond op om de filmzaal te verlaten. En toen zag ik het. Ze leek inderdaad op Eva, maar ze was het niet.

Friday, September 12, 2008

Slotenmaker

´Het is een nogal rudimentaire deur,´ zei ik.
Hij keek me niet-begrijpend aan. Het viel me op dat de man er zelf ook wat rudimentair uitzag. Met melkboerenhondenhaar dat in twee slordige niet-gewassen gordijntjes langs zijn gezicht viel. Beetje dikkig, een slobberige vale trui en een grijze broek. Maar hij wist niet wat het woord betekende.
`Primitief,´zei ik snel. ´Het is een hele simpele deur.´
`Waarom zegt u dat dan niet,´ zei-ie chagrijnig.
Toen legde hij uit hoe ik het slot er het makkelijkst uit kon halen. Waarbij hij voor de verschillende onderdelen van de deur allerlei woorden gebruikte die ik nog nooit had gehoord. Mijn kennis van deuronderdelen was zo rudimentair dat een dergelijke simpele uitleg voor mij nog niet eenvoudig genoeg was. Maar om misverstanden te verkomen hield ik dat maar voor me.

Friday, September 05, 2008

Prokaal

Toen hij eenmaal verteld had dat zijn vader altijd een toupet droeg kostte het me vervolgens bij elke ontmoeting de grootste moeite om mijn lachen in te houden. Had ik eerder nooit vermoed dat zijn vaders haar niet zijn eigen haar was, nu was het zo´n onontkoombaar gegeven dat ik me niet meer voor kon stellen dat ik ooit gedacht had dat zijn haar echt was.
Een groot rood dooraderd gezicht, met meestal een sigaret in de mond, en een grote grijze toupet daarbovenop. Hij had ook een aansteker, ooit voor zijn verjaardag gekregen, met zijn naam erin gegraveerd. Daar stak hij het liefst zijn sigaret mee aan.
Dat een toupet iets is wat iemands voorkomen zou verfraaien had ik me daarvoor ook al nooit kunnen voorstellen, maar hij was levende bewijs en bevestiging van het tegendeel.
Hij haalde zich een broeierig hoofd op de hals, denkend dat ie er met zo´n plakje haar beter uit zou zien. Ik kreeg het bij het zien van zijn toupet alleen maar benauwd van de gedachte aan zijn plakkerig jeukhoofd.
Mijn zomerse bezoekjes werden tot een minimum beperkt.